Je hebt ze misschien al wel zien rijden: de rode Volkswagen ID.'s met brandweerstriping en blauwe zwaailichten. Sinds kort rijdt Veiligheidsregio Twente in, door Huiskes-Kokkeler geleverde, dienstauto's. Prachtige opvallende auto’s die onder andere worden ingezet als piketauto: de snelle oproepauto’s van de brandweer.

We spraken met Ronald Pellewever, sectorhoofd Beheer & Techniek. Naast dat hij hoofdverantwoordelijk is voor deze sector, is hij ook Commandant van Dienst, Operationeel Leider en bestuurder van een Volkswagen ID.5. Als sectorhoofd is hij onder andere verantwoordelijk voor alle voertuigen, gebouwen, materieel en materialen. Stiekem wilden we heel graag weten of er daadwerkelijk een glijpaal in elke kazerne aanwezig is, maar vooral wilden we het een en ander te weten komen over hun wagenpark en de inzet hiervan. 

Ronald, welke auto's worden er gebruikt als dienstauto?

Ronald: Veiligheidsregio Twente rijdt al enige tijd in Volkswagens. Alle veiligheidsregio’s in Nederland rijden in dienstauto’s die geleverd worden door Pon en de bijbehorende Volkswagendealers. In Twente vinden we het belangrijk om lokale ondernemers een kans te geven. Die lokale samenwerking vinden we erg waardevol. Dit is de reden waarom wij zo’n 80 dienst-personenauto’s bij Huiskes-Kokkeler hebben afgenomen. De auto's variëren van reguliere voertuigen waarin brandpreventie en toezichthouders mee op pad gaan, tot de piketauto’s waarmee we ook daadwerkelijk uitrukken. De hogere auto’s, nu de ID.4's en ID.5's die als vervanging zijn voor de Volkswagen Touran en T-Roc, gebruiken we als piketauto’s. De kleine voertuigen, bijvoorbeeld up!’jes, worden ingezet voor de reguliere dienstreizen en bij uitzondering voor een noodgeval.

Waar moet een dienstauto van de Brandweer aan voldoen?

Ronald: Ten eerste moet een dienstauto herkenbaar zijn als brandweerauto. In ons geval is dat de kleur, de striping en de welbekende blauwe zwaailichtbalk op het dak. Buiten de herkenbaarheid is een vereiste dat de auto betrouwbaar moet zijn, 24/7 inzetbaar is key! 

De goede relatie tussen ons als veiligheidsregio en Huiskes-Kokkeler is erg belangrijk; we moeten dezelfde “Twentse” taal spreken. Dit heeft ermee te maken dat de partner, in dit geval Huiskes-Kokkeler, ons vak ook moet begrijpen en de urgentie als het gaat om het oplossen van problemen of reparaties aan bepaalde voertuigen. 

Ronald: Naast het onderhoud van onze voertuigen, bouwen we ze ook samen om tot deze opvallende dienstauto’s. Dit betekent dat we wrappen/bestickeren en zelfs de apparatuur op/- inbouwen. We komen dus ook wel eens voor een uitdaging te staan als we de eerste zijn die communicatie in een nieuwe auto bouwt of als eerste zwaailichten wil monteren op een nieuwe ID.5. Huiskes-Kokkeler speelt hierbij een adviserende rol als het gaat om de inbouw en opbouw van onze nieuwe dienstauto's.

Ronald: Soms kom je er achter dat de innovatieve veiligheidssystemen voor personenauto's niet altijd werken voor hulpdiensten zoals de brandweer. Wanneer onze piketauto's uitrukken naar een melding, gedragen we ons niet als reguliere weggebruikers. We rijden namelijk in voorrangsvoertuigen, sommige veiligheidssystemen zijn hier niet op berekend. Door de ervaring die we opdoen, zijn we met de autofabrikant continue bezig om hier oplossingen voor te vinden.

Is de elektrificatie van het wagenpark een grote omslag?

Ronald: Wat men vaak niet weet, is dat wij onze eigen voertuigen en materialen onderhouden. Dus dit is voor ons ook even schakelen als het gaat om het onderhoud van een brandstofauto naar een elektrische auto. Bij de eerste kilometers van de elektrische dienstauto’s, kwam de welbekende laadpaalstress wel even aan bod. Een half jaar verder is de stress verdwenen. De collega’s die piketdienst hebben, en dus oproepbaar zijn, weten dat ze hun auto altijd moeten laden wanneer ze hiertoe in staat zijn. Zo zijn de elektrische dienstauto's ook altijd inzetbaar, net zoals de brandstof aangedreven voertuigen.

Heeft de kracht van een elektromotor voordeel voor de brandweer?

Ronald: De bestuurder van het voorrangsvoertuig heeft in de hand hoe snel en hoe veilig hij door het verkeer beweegt. De kracht en het koppel van een EV-voertuig draagt hier niet veel aan bij. De switch naar elektrische dienstvoertuigen is met de duurzaamheidsgedachte gemaakt. We hebben op de hoofdvestigingen op dit moment voldoende laadmogelijkheden en we zijn bezig om dit op alle, dus ook de kleinere kazernes, mogelijk te maken. We proberen qua laden zoveel mogelijk zelfvoorzienend te zijn, dus onze auto’s kunnen we opladen met zelf gewonnen energie door onze eigen zonnepanelen. Op dit moment kunnen we op elke hoofdvestiging vier auto's tegelijk opladen, op alle kleinere vestigingen willen we ervoor zorgen dat we hier twee auto's tegelijk kunnen laden. 

Laatste vraag: heeft de kazerne daadwerkelijk een glijpaal?

Ronald: In een aantal kazernes is deze glijpaal zeker aanwezig. Zo'n paal is onderdeel van onze paraatheid, binnen 1,5 minuut zijn we vanuit de hoofdvestiging onderweg. Ongeacht de vraag kunnen we tussen de 6 en 12 minuten op locatie aanwezig zijn. Dit is allemaal het gevolg van de kazernedichtheid in Twente, er kunnen binnen no-time 180 lieden op straat staan!